Dag 1: Calgary
Na een vlucht van 9 uur zijn we in Calgary aangekomen. Direct op het vliegveld worden we al opgewacht door een uitzinnige menigte en een country band (nee, echt waar!). Het is de week van de 100-ste Stampede, een jaarlijks evenement vol met rodeo’s, paard-met-wagen rennen en kermis in een. Heel Calgary viert zijn verleden als een echt wild-west stadje en dat willen ze weten.
In Calgary starten we door de Stephen Avenue Walk te lopen. Dit was ooit de hoofdstraat van het wild-west stadje en laat nog steeds een aantal historische huizen zien. Het is echter vooral bars en restaurants, afgewisseld met country & western kledingwinkels.

Voordat we onze jetlag gaan uitslapen bekijken we eerst de Calgary Tower, met 190 meter het hoogste gebouw van de stad.

En zo ziet 190 meter onder je voeten er uit:
Inmiddels is het 19:00 in Calgary, maar 03:00 in Nederland, en dus de hoogste tijd om ons bed op te zoeken.
Dag 2: Royal Tyrell Museum of Paleontology
De tweede dag rijden we vanuit Calgary naar Drumheller, een ritje van 2 uur, waar het beroemde Royal Tyrell museum ligt. Deze streek is beroemd door het aantal opgegraven dinosaurus skeletten, en er worden nog elk jaar nieuwe vondsten gedaan. Het museum is prachtig vormgegeven en heeft verschillende bijzondere skeletten en andere vondsten tentoongesteld.
Als je deze ziet ben je blij dat het maar een skelet is 🙂
We eindigen de dag weer in een restaurant op Stephen Avenue, met overal om ons heen de cowboy hoeden. Inmiddels is het 34 graden, wat niet echt normaal is voor Canada (of voor ons).
Dag 3: Heritage Village & Banff
We hadden gepland om de ochtend van de derde dag te besteden in het “levend openlucht museum” in Calgary, maar dit museum blijkt zo leuk en interessant te zijn dat het heel wat uurtjes meer worden. Overal lopen mensen rond gekleed in de historische kledij die alles weten te vertellen over het leven vroeger in Canada. Ook de iets recentere geschiedenis van rond 1910 komt ruim aan bod.
Overal kun je naar binnen en er rijden paard met wagen rond, oude auto’s en natuurlijk ook een stoomlocomotief.
Uiteindelijk moeten we dan toch echt weg, aangezien we nog een rit naar Banff voor de boeg hebben. Banff is een dorpje midden in het Banff National Park. En Nationaal Park betekent in dit geval dat je ook zomaar wilde dieren in het dorp zelf tegen kunt komen.
Als je in het dorp staat en je kijkt om je heen, kun je overal de indrukwekkende bergen van de Canadese Rocky Mountains zien.
Na een lekkere pizza met Canadees biertje gaan we even goed uitrusten. Morgen gaan we het Nationale Park verkennen.